DressuurTotaal

Doreen Proos, meer dan een Grand Prix amazone.
 
 

Tips

 

Moniek Baten op de driejarige merrie Avita v. Stedinger v.m. Ulft

Moniek Baten op de driejarige Avita. Hier kan zij al zelfstandig stappen.

Bij het inrijden van een groen paard moet je niet te snel willen gaan – dat werkt uiteindelijk het snelste!
Momenteel ben ik de driejarige merrie Avita (v. Stedinger v.m. Ulft) aan het inrijden. Ik word daarbij geholpen door een goede vriendin, Moniek Baten uit Arnhem die in het zadel zit. Lopend naast het paard zorg ik voor de ontspanning en juiste buiging van het paard, zodat Moniek bij wijze van spreken niks hoeft te doen.
De eerste week hebben we alleen gestapt tot Avita stuurbaar was op beide handen en overgangen stap-halthouden-stap kon maken. Toen pas zijn we voor de eerste keer gaan draven, wat meteen goed ging.
Kortom, neem je tijd om uitgebreid te stappen, eventueel meerdere keren, zodat je controle hebt, en ga daarna pas draven. Idem dito voor als je voor de eerste keer gaat galopperen.

Paarden die steigeren:

1. hebben meestal te weinig stelling en buiging, en

2. zijn vaak te hoog in de hals met een holle rug.

3. als je in conflict raak met het hoofd van het paard zal dit vaak escaleren en ontaarden in steigeren.

4. onder het zadel wordt steigeren vaak veroorzaakt door tegenstrijdige hulpen tussen hand en been.

Ad 1. Zo’n paard moet je pro-actief rijden (je moet het probleem voor zijn). Het beste is om niet steeds op de hoefslag te rijden maar meer op de grote volte en gebogen lijnen. Waarbij je uiteraard stelling vraagt. Breng bij het stelling vragen je binnenhand van de hals af en naar voren. Ga niet naar achteren met je hand, want dan trek je aan zijn hoofd waardoor hij omhoog komt met de hals.

Als je aan de hand loopt met je paard draai dan veel voltes.

Ad 2: Paarden die steigeren zijn te hoog in de hals, waardoor er adrenaline wordt aangemaakt in zijn hersenen. Dan raakt hij gespannen. Je moet je paard dus laten zakken in de hals. Dat doe je door hem eerst langer te laten worden in de hals. Dan kan hij makkelijker zijn hoofd naar beneden brengen en rond worden. Door de endorfines die vrijkomen bij het zakken van zijn hals, wordt het paard ontspannen. Hij voelt zich beter en zal niet steigeren.

En niet vergeten: voorwaarts rijden met je benen waarbij kleine been hulpjes beter werken dan lomp inkomen met je been. Het beste is om kleine snelle tikjes te geven met je kuit/hak totdat het paard reageert.

Horzels zijn een soort grote vliegen, alleen voor paarden nog vervelender dan gewone vliegen. Ze kunnen voor onrust zorgen bij je paard en wat erger is: ze deponeren hun (gele) eitjes op het paard. En die eitjes lijken met bison kit aan de haren vastgekleefd te zitten, je krijgt ze er zowat niet af. Terwijl dat wel moet, want als die eitjes tot ontwikkeling komen (5 tot 10 dagen later) kunnen de larven veel ellende voor het paard veroorzaken. Daarover staat op internet genoeg informatie. Waar weinig over gemeld wordt, is dat je beter snel die eitjes uit de paardenvacht kunt halen voordat ze de kans krijgen schade bij het paard aan te richten. Voor die doel is er ’n speciaal horzelmes in de handel met een gekartelde rand waarmee je de horzels makkelijk verwijdert. Met dat mes ga je over de vacht van het paard, en zie: je neemt alle eitjes mee. De eitjes moet je niet in de wei laten vallen, maar zorgvuldig weggooien zodat ze niet alsnog in de maag van het paard terechtkomen.

Horzel verwijderaar mes

Bij het rijden (of bij de omgang met het paard) kan het wel eens voorkomen dat niet alles van een leien dakje gaat en dat je elkaar verkeerd begrijpt. Dit kan ertoe leiden dat de ruiter boos wordt en grof reageert met de hulpen.

Aan de andere hand kun je als ruiter assertief zijn. Dan toon je leiderschap en laat je het paard in zijn waarde.

Er is een dunne lijn tussen assertief zijn en boosheid of ergernis. Ga nooit over deze lijn heen. Het heeft geen zin om boos te worden op je paard. Het paard zal jou niet begrijpen.

Wel is het zinvol om assertiever te rijden. Door assertief te rijden kunnen er verbeteringen optreden, maar als een ruiter boos wordt zal het paard zelden beter worden. Probeer nooit boos te worden op je paard. Ga terug naar de stap en denk na over hoe je het probleem anders op kan lossen.

2-12-2007

Als je bepaalde vormen van ongewenst gedrag van je paard wil veranderen, moet je je eigen benadering van het paard veranderen. Grote kans dat het (ongewenst) gedrag van het paard zijn oorzaak vindt in wat jij doet en hoe je ’t doet. Als je je eigen gedrag verandert ben je van het ongewenst gedrag van je paard af.

1. Om te beginnen moet je leren de non-verbale lichaamstaal van het paard te interpreteren. De staart alleen al kan zes verschillende boodschappen afgeven. Ook aan hoofd, hals, ribben, schouder, benen, enz. kun je veel aflezen. Dan lees je letterlijk wat er in zijn geest gebeurt, want bij een paard zijn lichaam en geest één. In de zin dat er geen verschil is tussen hoe hij zich voelt en hoe hij zich voordoet. Als hij ontspannen is in zijn lichaam, is hij ook ontspannen in zijn geest. Als je dus wilt dat zijn geest verandert moet je zijn lichaam veranderen.

2. Wil je dat het paard jou respecteert, negeer dan nooit zijn onbeschofte houding en beweging. Bijv. wanneer hij zijn achterhand naar je toedraait. En laat nooit je aandacht verslappen, blijf altijd alert. Niet alleen bij het rijden maar ook in de omgang en bij het longeren. Paarden denken niet in termen van 70 of 80 procent. Je bent de baas of je bent het niet.

3. Je moet altijd reageren in overeenstemming met de mate van zijn onbeschoft gedrag: niet te veel en niet te weinig. Je reactie moet in balans zijn. Of dat zo is kun je zien aan wat het paard je vertelt met zijn non-verbale communicatie.

4. Belangrijk is hoe je paard zich voelt met wat jij met hem doet. Als hij zijn staart tussen zijn billen klemt, is hij bang van je; dan is jouw reactie te heftig of te veel geweest. Zijn staart dient lichtjes gebogen te zijn, een teken van ontspanning. Maar houdt hij zijn hoofd hoog en kijkt hij voortdurend van je weg, dan toont hij minachting en kun je hem beter niet rijden. Buigt hij zijn hoofd naar beneden, dan toont hij respect en zegt als het ware “Oké, ik voel me goed bij jou.” Stijg maar op.

Om een overgang te rijden naar een lagere gang hoeft de ruiter helemaal geen hulp met de hand te gebruiken. De meeste paarden komen terug op de zithulpen. Probeer de overgang in drie passen te maken, dus drie passen tussen het inzetten van de overgang en het daadwerkelijk halthouden.

De zithulpen voor een overgang bestaan uit verschillende hulpen die je achtereenvolgens geeft:

  1. Uitademen: in de meeste gevallen zal je paard terugkomen wanneer jij uitademt (vanuit de buik).
  2. Je zit stilzetten: niet meer meebewegen met de bewegingen van je paard.
  3. Knieën aandrukken. Als je paard nog niet is teruggekomen op het uitademen en het stilzetten van je zit kun je op de pas die daarna komt je knieën sluiten.
  4. Als bovengenoemde zithulpen niet het gewenste resultaat geven, kun je handen sluiten alsof je een spons met water uitknijpt.

Halthouden

Met Relation bij het groeten op het CHIO Arnhem in de internationale Intermédiaire-proef.

Als je paard in de overgang tegen de hand komt en zich dus spant, is het raadzaam om de overgang op de volte te oefenen, met stelling, zodat het paard ontspant en nageeflijk blijft. Daarna kun je de overgang op een rechte lijn oefenen.

1-10-2007

Sinds enkele maanden geef ik les aan een meisje met een prachtige Andalusiërhengst. Dit paard werd op stang en trens gereden en had al geruime tijd last van struikelen. Het paard werd te diep en te kort in de hals gereden waardoor hij met zijn voorbenen moeilijk weg kon komen en daardoor regelmatig struikelde. Ik ben direct begonnen het paard te laten rijden op een trens-hoofdstel. Daarnaast liet ik het paard niet meer diep rijden en met meer lengte in de hals. Het struikelen was meteen verleden tijd. Het paard kon nu zijn voorbenen makkelijker wegzetten en ging minder op de voorhand. Leer meer hierover in de clinic rechtrichten.

Dieprijden
Bij een te korte hals bewegen de benen voornamelijk achter de loodlijn.
Dieprijden2
Met meer halslengte kan hij zijn benen verder naar voren zetten.
Met dank aan Nardy voor de tekeningen

Balans

 
1-10-2007

“Geef mij sereniteit (kalmte/helderheid)
om te aanvaarden wat ik niet kan veranderen;
moed om te veranderen wat ik kan veranderen;
en de wijsheid om het verschil te kennen.”  R. Niebuhr.

Als je (te hard) doordrukt om gedrag te veranderen wanneer je het moet accepteren krijg je wantrouwen en spanning en ben je aan het treiteren.

Als je verzuimt om grenzen stellen wanneer er gedrag veranderd moet worden dan krijg je niet het gewenste resultaat maar minachting.

Je moet de wijsheid hebben om te weten wanneer je gedrag moet veranderen en wanneer je het moet accepteren.

Vind de balans en krijg de resultaten die je wilt hebben.

Vraag van een leerling:
Ik ben bezig mijn jonge paard te longeren, maar hij wil niet graag linksom. Rechtsom gaat makkelijk maar linksom wil hij omdraaien, dus ik longeer vooral rechtsom.

Tip:
Ik denk dat jouw paard liever rechtsom gaat omdat hij rechtsgebogen is. Een rechtsgebogen paard buigt gemakkelijker naar rechts want de spieren in zijn rechterzijde zijn korter dan die aan de linkerkant. Je kunt dus begrijpen dat het vervelend, misschien zelfs pijnlijk is voor jouw paard om naar links te buigen. Toch zal je paard dat moeten leren, want hij moet even gemakkelijk zowel linksom als rechtsom kunnen buigen. Dan pas kun je spreken van een rechtgericht paard. Je zult de spieren van je paard geleidelijk moeten laten wennen aan het linksom longeren.

Wat bij jou misschien ook een rol speelt, is dat je eigen houding bij het linksom longeren verkeerd is. Misschien laat je onbewust het paard van je afbuigen doordat je hem als het ware wegstuurt met je lichaamshouding (als je je eigen energie te veel op zijn hoofd richt).

Als je lichaamstaal verkeerd is, zal dat zeker moeilijkheden opleveren bij het longeren. Er wordt dan vaak naar hulpteugels gegrepen – terwijl dat niet nodig is.

Leer meer hierover op de bijscholing Paardentaal kan je leren: wederzijds respect tussen paard & ruiter

Tension